Een empanada (of empada, in het Portugees) is een gevulde brood of gebak.

Empanadas vindt je in vele landen in West-Europa, Latijns-Amerika en delen van Zuidoost-Azië. De naam komt van de Galicische, Portugees en Spaans werkwoord paneren, wat betekent wrap of jas in brood.
Empanadas zijn gemaakt door het vouwen van deeg of brood rond vulling, dat meestal bestaat uit een verscheidenheid aan vlees, kaas, huitlacoche, groenten of fruit, onder anderen. Ze worden vaak gefituurd of in de oven afgebakken.

In Brazilië, een variant van de "taart", genaamd "Cake" (Pastel (voedsel)) is een veel voorkomende dag-na-dag eten, vind je een

verscheidenheid aan vullingen, zoals: pizza, mozzarella, kip met catupiry, vlees, hart van palm, kleine garnalen, varkensvlees.

Hun oorsprong Empanadas herleiden tot Galicië en Portugal.Ze verscheen eerst in het middeleeuwse Iberia In de tijd van de Moorse invasies. Een kookboek gepubliceerd in het Catalaans in 1520, de vrijheid van Coch door Ruperto de Nola, vermeldingen Gevuld Met zeevruchten taart recepten van soa's onder Catalaans, Italiaans, Frans, en Arabische hapjes. 
In Galicië en Portugal, een "empada" is eveneens bereid om te eten tijdens een ​​grote wandeling, die vervolgens wordt in stukken gesneden, waardoor het een draagbare en stevige maaltijd voor werkende mensen is. De vullingen van de Galicische en Portugese empada meestal tonijn, sardines, of worst, maar kan in plaats daarvan kabeljauw of varkensvlees bevatten. Als gevolg van de Portugese kolonisatie van Brazilië en een groot aantal van de Galicische immigranten in Latijns-Amerika, werden de Galicische taarten en empada ook populair in Zuid Amerika.